Zaterdag 28-02-2009
Soms doe je dingen waarvan je achteraf denkt; “had ik dat wel moeten doen ?”
Zoals het als grappig bedoeld, en zeer generaliserend neerpennen van het stukje over het verkeersgedrag van de lokale medeweggebruikers. De reacties daarop riepen bovenstaande gedachte bij mij op. Maar wat has been, has been en dus, over tot de orde van de dag.
Vandaag gaan we doen waar we voor gekomen zijn; naar Daytona Bike Week 2009, officieel gisteren van start gegaan, en doorlopend tot Zondag 8 Maart, dus van een week kun je eigenlijk niet meer spreken.
Het plan is om een beetje bijtijds te vertrekken, en op de rol staan een bezoek aan Ormond Beach, om bij J&P Cycles de status van de laatste 4 onderdelen die we besteld hebben te checken, de stands die daar staan langs te wandelen en even binnen te wippen bij Bruce Rossmeyer, de uitbater van ‘s werelds grootste Harley Davidson zaak.
Aansluitend gaan we dan door naar Daytona Beach om aldaar Ocean Center en Main Street aan te doen. Het zou allemaal iets anders uitpakken.
We vertrekken ruim na tienen, om luttele minuten later de Interstate 4 East op te draaien, en daarmee gelijk de langzaam rijdende file in. Die hadden we niet verwacht op Zaterdagmorgen rond deze tijd, en het blijkt zo’n file te zijn waarvan de oorzaak geheel onbekend is. Vaak is de aanwezigheid van een paar zwaailichten of een voertuig (al dan niet een crèmezwarte Crown Victoria) in de berm al voldoende om een file op te starten, maar als na een minuut of tien de boel weer goed op gang is, valt daar niets van te bekennen.
Maar uiteindelijk draaien we afslag 273 van de I-95 af om door verkeersgeleiders naar een verderop gelegen parkeerplaats gedirigeerd te worden, alwaar we in een tram (als was het Disney) kunnen stappen die ons aan de rand van het evenemententerrein aflevert.
Bij J&P is een kwart van de onderdelen binnengekomen, en dankzij mijn klantenpas, en de afgelopen Maandag opgebouwde bonuspunten hoef ik maar 53 cent af te rekenen bij de kassa. Lachen toch ?
We struinen het terrein af, en zien veel nieuwe dingen, veel same ‘ol, same ‘ol en wandelen dan richting de Harley zaak. Onderweg stuiten we nog op een als T-shirt kraam vermomde giga barbecue, waarvan het echt werkende broertje (een barbecue van 10 meter lang) staat te roken op de Iron Horse Saloon camping, iets noordelijker aan de US1.
Helaas voor Knaapje (mede Floridaforummer) staan de beide automobielen nog steeds voor de zaak, al zijn de motoren die er op staan wel vernieuwd, want die worden tenslotte verloot.
Binnen is het een drukte van belang, logisch, want hier brandt de airco, en buiten de hete (87F) zon. Maar er wordt ook weer genoeg verkocht, getuige de rijen bij de kassa’s, dus de creditcrisis heeft hier vooralsnog geen invloed. Onze teller blijft voorlopig op $0,53 staan en we verlaten het pand om gang te zetten naar het hart van Bike Week, Daytona Beach.
Buiten schieten we nog even langs de kraam van mijn favoriete zonnebrillenmerk, Icicles om te vragen of ze hun logo, wat aan beide kanten op hun brillen zit, ook los verkopen. Vriend Fred, die in Oktober mee was, en ook (bij deze standhouder) twee van deze brillen gekocht heeft, is tijdens een doodsmak op de lange latten in de Franse Alpen (Valdisper zeg ik altijd) één van de logo’s kwijtgeraakt en heeft mij gevraagd of ik een nieuwe kon regelen.
Dat kan, en omdat ik een trouwe klant ben, iets wat mijn oude model bril prijsgaf, hoeven we er niet voor te betalen. Dit wordt echt een goedkope dag.
Via de US1 vervolgen we onze weg naar Daytona Beach, waar we dus de eerder genoemde Iron Horse Saloon, en de er tegenover gelegen Saloon (Boothill of Broken Spoke, dat ben ik even kwijt) wegens grote drukte erg langzaam passeren. Iets verderop overbruggen we de Halifax River waar we op de A1A via Ormond by the Sea aanlanden in Daytona Beach.
Daar zoeken we Ocean Center waar sinds jaar en dag de fabrieksshow van Harley Davidson wordt gehouden, deze keer in het nieuw aangebouwde deel. Daar moeten we zijn voor een door Willy G. Davidson, kleinzoon van, exclusief voor de Bike Week ontworpen T-shirt of poloshirt, en bijna altijd in onze smaak vallen. Ook zit hier de fabrikant van mijn Harley Owners ring waar onlangs de steen is uitgevallen en die gerepareerd moet worden.
Onderweg is al gebleken dat de ring nog mooi in de kluis van het huis ligt te wezen, en als we dan ook nog geweigerd worden bij onze favoriete gemeentelijke parkeergarage naast het Ocean Center, is voor mij de maat vol. We gaan verkassen !
De reden van de weigering is meer dan duidelijk; ze zitten vol, net als alle duurbetaalde andere parkeerplaatsen in de nabije omgeving van Main Street. Het is bloed en bloed druk, ongekend. Nu zijn we nooit op de eerste Zaterdag in Daytona, maar deze drukte hadden we niet verwacht. Later bedenken we dat het wel logisch is; het is weekend, en ondanks de 24/7 economie zijn er natuurlijk zat mensen die gewoon 5 dagen werken, en de weersberichten voor morgen zijn bar en boos, dus iedereen wil nog even de mooie dag meepakken.
Maar wij willen weg en gaan 2 blocks verder proberen om via de Main Street brug het eiland weer te verlaten. Dat werkt, en via het kerkhof draaien we zo de brug op. Tot onze grote verbazing en vreugde zien we dat dit ook het laatste punt is waar je Main Street kunt opdraaien.
De rest is afgesloten en “motorcycle only” geworden, iets wat ze jaren geleden al hadden moeten doen. Over de brug gaan we linksaf North Beach Street op, waar we besluiten om hier maar even een stop in te lassen. Hier is Riverfront Park waar in tegenstelling tot voorgaande jaren de activiteiten weer een beetje op gang komen, mede dank zij de er tegenover gelegen vestiging van Daytona Harley Davidson, ook al een zaak van meneer Bruce Rossmeyer.
We struinen zaak en kramen een beetje door, maken wat foto’s en zien bij één van de standhouders een vest wat ons wel wat lijkt voor een vriend. Er zit geen prijs op, wat meestal geen goed nieuws is. Maar de juffrouw wil graag verkopen dus geeft ons een “good offer” en het vest “will set us back $25,-“, ongeveer de helft van wat ik verwacht had. Het is een goede dag.
Ook een nieuw fenomeen op het feestterrein, een mobiele Starbucks . Nu moeten we tot onze grote schaamte bekennen dat we in de week dat we hier zijn nog geen één keer Starbucks aangedaan hebben, dus hier ligt onze kans. De Mocha Frappacino’s smaken zeker net zo goed als bij de vaste winkels.
We halen onze Murano weer op bij de rechtbank en kachelen richting Lindfields, en behoudens een kleine opstopping ter hoogte van Universal Studios (waar de nieuwe, in aanbouw zijnde mega rollercoaster Rip Ride Rock'it hoog boven alles uit torent) belanden we veilig bij de Orange Lake Publix om nog wat boodschappen te doen voor de barbecue van vanavond.
Op de parkeerplaats zien we dat iemand zit opgesloten in een auto. Of dit vrijwillig is of gedwongen is moeilijk te zeggen. Hij of zij zit er al wel een tijdje, en we besluiten ons daar maar niet mee te bemoeien en snel onze spulletjes in te laden en weg te wezen.
Niet dapper, maar wel verstandig, gezien de lugubere aanblik van de situatie. Thuisgekomen gaat de stekker in de grill en gooien we de “breakfast meats”, zijnde min-hamburgers en worstjes (de reguliere zijn ons veel te groot, en zelf maken hadden we vandaag geen zin aan) samen met de knoflook kipfilets op de bakplaat en genieten zo nog even na van de dag.
Af en toe een dipje in één van de waterattracties en een blik op de grote kijkbuis maken van onze Zaterdagavond een echte Zaterdagavond en we belanden dan ook veel te laat in bed.
Maar morgen gaan we proberen uit te slapen, want dan is het Zondag, maar bovenal een dag die qua weer niets goeds voorspelt. Kou, regen en wind, een dag om binnen te blijven.
Meer foto's vindt U op onze reissite.